De alvleesklier bevindt zich in de
buikholte achter de maag en de twaalfvingerige darm, maar voor de wervelkolom.
Hij komt ook in contact met de linker
nier en de bijnier. De alvleesklier is ongeveer 12 tot 15 cm lang. Het bestaat
uit een hoofd, een lichaam en een staart. De alvleesklier heeft endocriene(hormonale) en
exocriene functies.
De alvleesklier ontwikkelt zich uit
uitstulpingen van de twaalfvingerige darm. Aan het einde van die uitstulpingen liggen de cellen die het alvleesklier sap produceren dat door de gangen van de
twaalfvingerige darm de darm kan
bereiken. Verder zijn er nog de eilandjes van Langerhans die tussen de
alvleeskliercellen liggen. Hij heeft dus een dubbele functie: een
uitwendige afscheiding door spijsvertering en inwendige afscheiding voor de
koolhydraat stofwisseling.
De eilandjes van Langerhans bestaan uit bèta cellen en alfa cellen.
- Bèta cellen: Produceren insuline. Dit hormoon bevordert de opname van glucose in de cellen en het stimuleert de vorming van glycogeen in de lever en in de spieren.
- Alfa cellen: Produceren glucagon. Dit hormoon bevordert de omzetting van glycogeen tot glucose in de lever en zorgt ervoor dat dit afgegeven wordt aan het bloed. Ook stimuleert glucagon de vorming van extra glucose door het omzetten van eiwitten en vetten in glucose. Daarnaast bevordert het ook nog de omzetting van vet in vetzuren en de afgifte van vetzuren aan het bloed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten